De Witte Stad

3 september 2023 - Ashgabat, Turkmenistan

Midden in de nacht vliegen we over Turkmenistan, dat in duisternis is gehuld. Dan zien we ineens de vrolijk knipperende feestverlichting van Ashgabat, dat op het eerste oog doet denken aan Las Vegas.

Dit is een hotel, maar lijkt op de kop van een valk

Even later parkeert de Airbus van Turkish Airways naast het enige andere vliegtuig op de luchthaven, en een landbus brengt ons naar een wit gepleisterde hal vol goudkleurige en glazen ornamenten. Overal zie je het nationale embleem, een ster van twee vierkanten. Bij een van de drie tafels ondergaan we een corona-test, waarvoor een wattenstaafje lichtjes langs beide neusgaten wordt gestreken. De tafel ligt vol met plastic strips, allemaal met één rood streepje. De test kost 31 dollar per persoon.

De bus brengt ons naar het hoofdgebouw van de nieuwe luchthaven, waarvan het dak de vorm heeft van een grote valk die zijn vleugels spreidt. Een handvol toeristen snelt over ellenlange rolbanden richting douane, die ze terugstuurt naar een kantoor waar beambtes de vooraf verkregen uitnodigingsbrief voor € 109 per persoon omzetten in een visum. Het duurt een hele tijd, maar dan horen we het verlossende geluid van de stempels.

We bereiken als één van de eerste toeristen de vertrekhal. Daar wacht een handvol chauffeurs met naambordjes, maar onze namen staan er niet tussen. Niet zo handig, want het is vier uur 's nachts en onze westerse mobieltjes werken hier niet. Een vriendelijke Turkmeense jongen belt even met zijn eigen telefoon en ontdekt dat onze chauffeur buiten de luchthaven staat te wachten, omdat hij niet naar binnen mocht. We gaan...

In een kwartier rijden we van de noordelijk gelegen luchthaven naar de andere kant van de stad, dwars door het centrum. De boulevards zijn letterlijk honderd meter breed, brandschoon en uitgestorven, op een enkele soldaat na. Langs de boulevards staan reusachtige gebouwen in wit marmer, met twintig meter hoge zuilen en gouden letters op de gevel. De chauffeur vertaalt de Turkmeense namen naar het Russisch. De Akademie voor de Wetenschappen, het Ministerie voor Paarden, het Instituut voor de Scheepvaart. Van een afstand zien we ook het Presidentieel Paleis.

In de witte, marmeren stad Ashgabat mogen alleen witte auto's rijden van max tien jaar oud

Hotel Sport ligt op steenworp afstand van een handvol stadions, die zijn gerealiseerd voor de Aziatische Olympische Spelen een paar jaar geleden. Op één van de stadions worden 's nachts rennende paarden geprojecteerd. Als we na een paar uur slapen de gordijnen openen van onze luxe suite op de achtste verdieping, zien we de bergen ten zuiden van de stad. Daarachter ligt Iran, hemelsbreed zo'n twintig kilometer van hier.

We gaan op zoek naar Turkmeense Manat, die we moeten ruilen voor onze ongekreukelde dollars, aangezien pinnen niet mogelijk is in het land. Een meisje bij de receptie stuurt ons naar het winkelcentrum. Daar is inderdaad een wisselkantoor, maar dat is permanent gesloten. We vragen aan een meisje hoe we aan geld kunnen komen, en zij brengt ons naar een winkel waar ze geld wisselen. We krijgen meer dan vijf keer zo veel als de officiële wisselkoers; dat zegt veel over het vertrouwen dat de Turkmenen hebben in hun economie. Terug in het hotel zien we op TV vrouwen in traditionele kleding met een dankbaar gezicht zingen over Arkadag, wat de bijnaam is van de vorige geliefde president, Goerbangoeli Berdimohamedow. Hij is in 2022 opgevolgd door zijn zoon.

Zo uitbundig als de stad er 's nachts uitziet, zo sereen is het overdag. Afgelopen decennia is alle rommelige laagbouw vervangen door eenvormige witte blokken met neo-klassieke elementen, in de stijl van de bekende architect Albert Speer. Het verkeer ziet er al net zo geordend uit als de gebouwen. Vijf jaar geleden is een decreet uitgevaardigd dat alleen witte auto's van minder dan tien jaar oud in de stad mogen rijden. Iedereen houdt zich keurig aan de maximum snelheid van zestig kilometer per uur. Desondanks zetten politie-agenten met hoge petten tientallen auto's per uur aan de kant. 's Nachts doet de stad denken aan Las Vegas, maar overdag lijkt het op Pyongyang.

Fontein

Op zondag rijden we met de wat sombere gids Arslan en de vrolijk grijnzende chauffeur Toyli langs de vele attracties van Ashgabat. Eerst gaan we naar de grootste markt van Centraal Azië, een eindje buiten de stadsgrens. In hoge overdekte hallen verkopen ze kleding, huishoudelijke spullen en voedsel; buiten liggen honderden tapijten in alle maten, voorzien van motieven van één van de vijf Turkmeense stammen. Stapels kussens liggen op taptsjans, grote houten bedden met korte pootjes en een opstaande rand van een paar decimeter, die in Centraal Azië veel worden gebruikt als buitenmeubilair. Tussen tientallen gedeukte ZiL trucks uit de beginjaren van de Sovjet-Unie staan kamelen en runderen zenuwachtig met hun hoeven over de grond te schrapen. Grote handkarren vol vastgebonden geiten rollen voorbij. Een boer gooit een kluitje kippen op de grond. Ze proberen weg te fladderen maar zitten met één pootje aan elkaar vastgebonden.

Deze bok is niet blij

We bekijken het Monument voor WO II en de aardbeving van 1948, die vrijwel de gehele stad verwoestte; dan de ruïnes van de tweeduizend jaar oude stad Nisja; de reusachtige moskee die Turkmenbashi liet bouwen, naar verluid voor één miljard dollar; het monument voor zijn boek, waarvan één exemplaar naar de ruimte is geschoten, voor het geval daar wel intelligent leven is; de moskee in de stad, die er uitziet als een kopie van de Blauwe Moskee in Istanbul. Alle gebouwen die we bezoeken zijn nieuw, smetteloos en vrijwel uitgestorven.

Arslan zegt waar we wel en niet mogen fotograferen. Niet in de overdekte markthallen, waar veel vrouwen werken, wel buiten op de veemarkt. Niet de boulevards met tientallen overheidsgebouwen, maar wel die met appartementen. Niet de soldaten tijdens het wisselen van de wacht, daarna alleen van een afstand.

Gouden Hond

Onderweg zien we drie gouden beelden van Turkmenbashi, waarvan er één op een negentig meter hoge driepoot staat. Dit standbeeld van de geliefde leider draaide mee met de zon, tot zijn opvolger opdracht gaf om het hele gevaarte naar de rand van de stad te verplaatsen. Berdimuhamedow zelf kreeg een gouden sculptuur op een twintig meter hoge impressie van een rots. We bewonderen ook een sculptuur van zes gouden paarden en een enorm gouden standbeeld van een hond, op een negen meter hoge pilaar.

We dineren in het luxe winkelcentrum tegenover ons hotel. 's Avonds kijken we vanaf een heuvel uit over de stad, waar alle publieke gebouwen weer worden opgelicht door gekleurde ledlampen, op last van de overheid. Ashgabat is weer getransformeerd tot Las Vegas.

Foto’s

8 Reacties

  1. Richard F.W. Kessels:
    6 september 2023
    Prachtige verhalen weer. Wat een merkwaardige tegenstellingen daar.
  2. Marcel Timmermans:
    6 september 2023
    Jeetje wat een bijzondere reis wederom! En wat schrijf je lekker pakkend, waande me even in Ashgabat! :-) Blijf ons op de hoogte houden van jullie ervaringen in dit voor iedereen onbekend land.
  3. Jaap en Lydia:
    6 september 2023
    Zitten jullie nog steeds op dezelfde planeet? Wat een totaal andere wereld.
  4. Kees:
    6 september 2023
    Zoals altijd weten jullie weer nieuwe en bijzondere bestemmingen te vinden.
    De verhalen en foto's zoals vanouds.
    Geniet samen weer van de mooie reis en wij genieten mee. Lieve groet van Kees en Ilse
  5. Bianca:
    6 september 2023
    Is daar ook niet de hoogste vlaggenmast?
  6. Yvonne en Hidde:
    6 september 2023
    Niet meer volgens mij. Ik geloof dat Jeddah nu de hoogste heeft.
  7. Rob:
    7 september 2023
    Fijn dat je internet hebt daar!
  8. Yvonne en Hidde:
    7 september 2023
    In Turkmenistan hadden we geen internet, maar we zijn nu in Oezbekistan en daar hebben we wel connectie. Dat is wel fijn inderdaad!