Kinderen van de township

29 maart 2018 - Port Elizabeth, Zuid-Afrika

Lekker ontbijt van ‘boerewors’, toost en ei. “You see? Food makes people happy,” zegt chef Jason. “It definitely makes me happier than the gym,” antwoordt Yvonne. “The gym?” roept de chef, “Why do you swear at me?” We moeten hard lachen.

Even later rijden we over de stoffige binnenwegen van KwaZulu-Natal naar de oprit van de N3 bij Bloemfontein, terwijl we luisteren naar Ukhozi FM, voorheen Zulu Radio. Het is de grootste zender van Afrika, die ooit als eerste opnames maakte van de - toen nog lokale - band Ladysmith Black Mambazo.

Onderweg houden we een korte pauze bij het Mandela Monument, opgericht op de plek waar hij in 1962 werd gearresteerd, op weg van Durban naar Johannesburg. Het monument bestaat uit een pad met 27 ijzeren borden, de ‘Long Road to Freedom’, met aan het einde tientallen metalen stokken die vanuit één gezichtspunt een portret vormen van Mandela. Dat heeft de Zuid-Afrikaanse kunstenaar Marco Cianfanelli heel mooi gedaan.

Als we onderweg ergens tanken, wijst een van de pompbediendes naar mijn T-shirt. “Soweto!” roept hij blij. Ik krijg een hand van hem. Drie jongens nemen de auto onderhanden. Één tankt, één wast de ramen en één maakt ze droog met papieren doekjes. Ik deel wat kleingeld uit.

Tijdens de vlucht van Durban naar Port Elizabeth lees ik The Mercury, een krant gespecialiseerd in slecht nieuws. Op de voorpagina staat een artikel over de “land grab chaos” die dreigt te ontstaan. In een poging om iets te doen aan de absurde verschillen tussen rijk en arm - en tussen blank en zwart - willen twee politieke partijen, de EFF en de regerende ANC, het makkelijker maken om grondbezitters te onteigenen zonder compensatie, als daar aanleiding toe is. Door miscommunicatie en -interpretatie denken sommige arme zwarten nu dat ze elk stuk land kunnen opeisen. Maandag braken daardoor rellen uit in de plaats Hermanus.

Na aankomst in Port Elizabeth halen we een witte Toyota Corolla op en rijden de dertien kilometer naar ons hotel, Cape Flame. Het laatste stukje rijden we langs de Indische oceaan. Na het inchecken wandelen we naar een kleine mall, met een supermarkt, apotheker, boekhandel en een slijterij.

In de mall zien we een boekje met de titel “Wie’s goed en wie’s sleg, Rooikappie?” waarmee kleine kinderen het verschil moeten leren tussen goed en fout. In het boekje legt de “polisieman” uit aan Rooikappie dat het konijn niet zo onschuldig is al hij lijkt. “Hy’s ‘n slegte konyn wat oral inbreek en steel. Ons probeer hom al hoe lank vang.”

Op donderdagochtend om negen uur hebben we bij de rand van het township afgesproken met Cecile en Florence van het Izizwe project. Ze richten zich op het opvangen en onderwijzen van kinderen. Één van de programma’s is leren tandenpoetsen.

We lopen door de straatarme township en bezoeken een paar crèches. Als de peuters ons zien, komen ze blij op ons afrennen met hun armpjes gespreid. Ze willen graag worden opgetild en alles vertellen wat ze weten, helaas vaak in Xhosa (met de moeilijke keel-klik).

Om een uur of elf gaan we naar een groot grasveld waar het ‘Holiday Programme’ wordt georganiseerd voor de oudere kinderen, die sinds gisteren vakantie hebben vanwege de Paasdagen. De kinderen leren basketballen en krijgen dan ook een basketbal shirt of broek aan. Bij één kleintje komt het shirt tot aan de schoenen.

Samen met een aantal vrijwilligers, vooral meisjes uit Nederland en Duitsland, smeren we meer dan honderd boterhammen met pindakaas. Na het basketballen zitten de kinderen heel rustig in rijen te wachten op een beker limonade en een boterham. Als iedereen te eten heeft, is het programma afgelopen. Dinsdag gaan ze weer verder, want komende dagen viert bijna iedereen Pasen.

Oja, goed nieuws: Het heeft flink geregend in de  hele kaap-regio. Dat was echt hard nodig!

Foto’s

1 Reactie

  1. Richard F.W. Kessels:
    1 april 2018
    Toch en beetje ontwikkelingshulp geboden? Hoe ontwikkelt de beenwond zich? Pindakaas erop?